Year of the Tiger - Reisverslag uit Nieuw-Vossemeer, Nederland van Michel Hoogenboom - WaarBenJij.nu Year of the Tiger - Reisverslag uit Nieuw-Vossemeer, Nederland van Michel Hoogenboom - WaarBenJij.nu

Year of the Tiger

Door: Michel Hoogenboom

Blijf op de hoogte en volg Michel

05 November 2010 | Nederland, Nieuw-Vossemeer

Ondertussen is het meeste bruin al verdwenen en is eens tijd om dit laatste blog online te plaatsen. Op reis wordt je toch wel een beetje gepusht omdat elke minuut die je op internet bent geld kost, thuis is de verleiding om niets te doen toch wat groter. Maar ook al heb ik het misschien iets te lang vooruitgeschoven, alles is nog steeds vers omdat ik het gros van de verhalen toch wel meer dan één keer heb verteld de afgelopen maanden.
Na even gespiekt te hebben weet ik weer dat ik m’n laatste verhaal heb afgesloten in Kuala Terengganu, en het lijkt me handig om het vanaf daar eigenlijk ook weer op te pakken. Want continuïteit in een verhaal wordt wel op prijs gesteld. Dus… we gaan weer terug naar Maleisië, zo’n drie maanden(oh wat lang alweer) terug. Ik sla toch twee dagen over, en we zijn op de Perhentian Islands. Waar ik vier dagen mezelf geweldig heb ontspannen. Per dag las ik een boek uit, terwijl Robin en Loes een duikcursus aan het volgen waren. Zelf moest ik dit helaas laten schieten omdat ik al redelijk krap bij kas begon te zitten, maar ik vond het niet heel erg. Zelf heb ik al eerder gedoken en er gaat vast wel een nieuwe kans komen om een Padi cursus te doen.

Na de Perhentians zijn we naar de culturele hoofdstad van het Noorden van Maleisië geweest. Kota Bharu. Hier hebben we een voetbaltopper gezien met enkele internationals op het veld. Nou ja, topper… Maleisië staat 144e op de FIFA World ranking net achter Swaziland en de Malediven. Dus de aanwezigheid van internationals is dan natuurlijk geen garantie voor een spectaculair niveau.
Maar ondanks dat de landskampioen daar nog net iets minder goed is dan de nummer laatst in onze eigen Jupiler League, was het toch best een vermakelijke wedstrijd. Er werd niet heel goed gevoetbald, maar de sfeer op de tribune was goed te doen. En we hebben toch een paar leuke doelpunten gezien. Zelf waren wij ook de enige drie niet locals in het stadion en kregen wij de nodige aandacht, vooral Loes. Maar niet zoveel als een malloot die langs de tribunes aan het rennen was en het nodige naar z’n kop gegooid kreeg. En dat is misschien maar goed ook.
Het stadion zelf was eigenlijk precies was je ervan verwacht, een veld met daaromheen aan alle kanten een grote betonnen trap waar iedereen op kon zitten. Hier omheen de nodige tentjes met etenswaren die je niet helemaal kan vertrouwen en de vaste merchandise standjes die je vaker bij een voetbalwedstrijd ziet.
Een dag later hebben we een culturele tour gedaan die ons naar flink wat verschillende tempels bracht rond Kota Bharu. Ook zijn we kort even in een batikfabriek geweest. Waar we prima hebben kunnen zien hoe huisvrouwen in Maleisië een zakcentje bij willen verdienen. En laten we eerlijk zijn, meer dan dat verdienen ze ook niet, 50 cent per uur is ook hier geen vetpot. In een gebouw dat me doet denken aan dat uit de film “hostel” (dat ene waar ze iedereen een make-over gaven), werken deze dames aan deze beschilderde doeken die dienst kunnen doen als wandkleed, strandhanddoek of gewoon kleding. Duidelijk is dat ze hier ook nooit van een Arbowet of iets dergelijks gehoord hebben wanneer je het bouwval van de binnenkant bekijkt. Maar desondanks dit alles lijken de dames het toch nog redelijk naar hun zin te hebben.
Nadat we nog even naar een veulen hebben staan te kijken dat z’n dode moeder probeerde te laten herrijzen in de stallen die bij het pand horen, om maar even aan te geven wat een vrolijke werkomgeving dit was, gingen we nog even naar de batikwinkel die de afgeronde producten verkocht tegen een te schandalig hoge prijs.
Later die dag kijken we ook even achter de schermen gekeken bij een team dat schaduwpoppen maakt en hier shows in geeft. Hier hebben we nog even samen met de taxichauffeurs gejamt die ons rondreden ,en 10 minuten heerlijke herrie gemaakt met de authentieke instrumenten die gebruikt worden tijdens de voorstellingen.

Van het oosten gingen we naar het westen door zo’n acht uur in de bus te zitten, en kwamen we aan op het eiland Penang. In Georgetown, de plaats waar we verbleven, viel het me op dat er al een hoop burka’s minder te zien waren en daar voor in de plaats kwamen een hoop pubs en cafés terug. Vanzelfsprekend zijn we dan ’s avonds ook niet meteen naar bed gegaan, maar zijn we lekker naar de kroeg gegaan.
Aan alles bleek dat dit gedeelte van het land een hoop meer toeristen komen dan aan de oostkust het geval is. Komt misschien ook wel doordat een groot deel van de engels koloniale binnenstad op de UNESCO World Heritage list staat. Leuk om dat even te bekijken terwijl je wordt rondgereden in een riksja, een fiets met een stoel voorop, en nog leuk versierd ook! Als je gaat, ga je in stijl natuurlijk. Wat ook een hoop mensen trok, en hier kwamen we toevallig toen we naar de film wilden, was de gamehall naast de bioscoop. Hier hebben we uiteindelijk wat langer gezeten dan dat de bedoeling was. Terwijl Robin een onmogelijk aantal punten probeerde te scoren bij een basketbal spelletje, was ik wat Maleisische mannetjes aan het verslaan met FIFA. Ook hier was het Nederlands elftal vrij succesvol!

Na Penang was Lankawi de laatste stop in Maleisië, en ik had zo het idee dat dit toch ook een hele populaire was. In het gedeelte waar wij zaten op dit eiland werd je doodgegooid met restaurantjes, winkeltjes, guesthouses en andere dingen die op het toerisme waren toegespitst. Op het strand valt op dat hier alle soorten mensen wel komen om even een paar weekjes lekker op vakantie te gaan. Ook merk je dat Thailand heel dicht in de buurt is, net buiten de kust beginnen de lijmsteenrotsen al regelmatig de kop op te steken. Wat het uitzicht door alle strandgangers en parasailers alleen maar goed doet.
Na een dag lekker op het strand te hebben gelegen en ’s avonds op het strand een biertje gedaan te hebben bij een prima reggae bar, zijn we de dag er na in een bootje gestapt om een ander deel van het eiland te ontdekken.
Dit tochtje bracht ons door mangroves waar we wat agressieve aapjes, vipers (kleine venijnige slangetjes) en een hele lucht vol prachtige arenden zagen, in de zo nu en dan toch wel hele krappe watergangetjes. De apen sprongen op een gegeven moment bijna aan boord. en ik ben blij dat ze toch een beetje te angstig waren, want de vrouwen aan boord gilden nu al bijna allebei m’n trommelvliezen aan gort.
Later op de dag hebben we ook nog een grot vol vleermuizen en een fishfarm bezocht. Wat in principe gewoon een groot vlot is op een rivier, waar ze vissen vetmesten om daarna te verkopen aan restaurants en dergelijke. Raar genoeg vond ik dit toch wel het interessantste van de dag. Zo heb ik daar beesten gezien die lijken op die uit de Alien films, freaky dingen... en heb ik daar pijlstaartroggen gevoerd. Ook heb ik vissen gezien die ongetraind gewoon netjes op hun beurt wachten als ze gevoerd worden, en als ze gegeten hebben weer achter in de rij gaan staan! Hartstikke vaag.
Ook nooit over nagedacht dat er op een dergelijke manier aan vis gekomen wordt. Eigenlijk is het helemaal niet raar, maar zeker leuk om eens te zien zo.

Per boot zijn we naar Thailand gevaren en daar hebben we de bus gepakt om ’s avonds in Aonang te overnachten, voordat we de ferry naar Koh Phi-Phi konden nemen. Hier hebben we versteld gestaan van de verschillen tussen de twee landen die tegen elkaar aanliggen, maar qua cultuur toch gigantisch ver van elkaar verwijderd zijn. Wat je meteen merkt in de aantallen toeristen die je overal ziet. Mensen mogen hier wel alcohol drinken, en dat doen ze graag ook. Verder weet je hier ook nooit of een vrouw wel een vrouw is. Wie wel eens in Thailand is geweest, of de laatste weken de programma’s op televisie heeft gezien over dit land, is vast wel bekend met de term ladyboys. Wat in feite gewoon travestieten of transseksuelen zijn, die zich half of al helemaal hebben omgebouwd tot vrouw. Nu denk je vast, dat verschil tussen man en vrouw zie je toch zo. Nou kan dit best moeilijk te zien zijn. Thaise mannen zijn vrij fijn gebouwd, hebben vrijwel geen beharing, en een adamsappel is ook niet altijd te zien. Ik kan me voorstellen dat een hoop kerels zich goed vergist hebben daar!
Een ander iets wat wel apart is om te zien, is dat niet de vrouw wordt lastig gevallen door opdringerige mannen. Mannen worden hier lastig gevallen door gewillige vrouwen. De eerste avond terwijl we ons eerste Tiger biertje dronken, en ik m’n 'vier op een rij'(speel het niet voor geld, ze drogen je helemaal af) skills aan het testen was tegen de barvrouw, viel het ons al op dat elke jonge of rijk uitziende man de nodige aandacht kreeg. Voor de grap daagde Loes me uit om even tot het einde van het steegje met barretjes te lopen en weer terug. Dit zou in totaal misschien 60 meter zijn, heen en terug. Het eerste barretje kwam ik zonder probleem voorbij, maar bij de tweede was het al raak. Minstens zes dames renden naar me toe, trokken me naar binnen, dwongen me op een stoel en ik had er ook meteen twee op schoot zitten. De overige vier stonden om me heen zodat er zeker geen mogelijkheid voor me was om te ontsnappen. Na even een kort gesprek voelde ik al een tweetal handen op plaatsen waar ik ze geen toestemming voor had gegeven. Normaal niet erg, maar zoals je na mijn verhaal van net wel snapt zag ik gewoon zes kerels om me heen staan. Robin en ik waren een beetje paranoïde geworden en zagen in bijna elke vrouw een ladyboy die avond. Snel wegwezen dus!
Nu had ik de mazzel dat ik nog een armbandje in m’n zak had zitten van het Holland House in Kuala Lumpur, waar we geweest waren toen Nederland de WK finale speelden. Ik gaf deze aan het meest stille “meisje” aan en keek hoe de dominantere leden van de troep jaloers werden en ze begonnen te bakkeleien over wie dat waardeloze ding nou eigenlijk mocht hebben. Hier heb ik dankbaar gebruik van gemaakt en ben ik er snel vandoor gegaan.

De dag erna vroeg op om naar het altijd gezellige Koh Phi-Phi te gaan voor een dag of drie, en mensen, die drie dagen zijn echt niet genoeg daar! Nadat we ons door de smalle straatjes gevuld met mensen gewurmd hadden, kwamen we bij het guesthouse aan. Deze hadden we voor een prikkie via internet geboekt, en oh wat was dit luxe vergeleken met alle andere waar we de afgelopen weken waren verbleven. We hadden zelfs tv, al was het alleen in het Thais zodat je er geen ruk van verstond. Maar toch, we hadden tv!
Na even van de mooie kamer te hebben genoten, hebben we een tochtje naar een van de hoogste punten van het eiland gemaakt. Waar echt een waanzinnig uitzicht was, hoe hoger je kwam hoe indrukwekkender. Wat minder fraai waren de foto's van de tsunami van een aantal jaar terug, die ook hier had toegeslagen. Van bovenaf was goed te zien hoe alles zes jaar geleden helemaal was weggevaagd...
Op Phi-Phi werden ook de eerste Thaise buckets genuttigd, wat gewoon een emmer vol alcohol is. Met in mijn geval Aziatische Red Bull ,waar je nog lekker hartritmestoornissen van krijgt, erbij. Sowieso was echt stappen wel weer eens leuk, in Maleisië kwam het er niet al te vaak van. En de Thaise feestjes op het strand zijn zéér goed te doen. Jammer was alleen dat om één uur alles al afgelopen was. Maar misschien was dat ook wel goed, de tweede dag ben ik gaan rotsklimmen, en kotsend aan een stuk steen hangen op 15 meter hoog doet het over het algemeen niet goed bij de dames. Nu was ik überhaupt niet echt indrukwekkend naast twee gespierde Ozzies en een kerel uit China die wel vaker geklommen hadden.
De eerste klim ging nog prima, even wennen, maar omdat het een vrij simpele en korte klim was waren er ging problemen. De rest was echter wat verveeld omdat ze wat meer ervaring hadden, dus zochten we snel een moeilijker stuk van de rotswand op. Hier begon het al echt leuk te worden, op 10 meter hoog kwam er een stuk naar buiten waar ik overheen moest. Ten eerste was ik te klein om er fatsoenlijk overheen te reiken, en toen ik uiteindelijk grip had na een klein sprongetje had ik de kracht niet meer om mezelf omhoog te trekken. Zo ben ik ongeveer een minuut blijven hangen tot ik niet meer kon. Abseilen is trouwens heerlijk als je armen gevuld zijn met vanille yoghurt(mijn variatie van de paparmpjes).
De derde klim was een langere en deze heb ik dan ook rustig aan gedaan, ik was ondertussen al helemaal kapot. Stiekem is dat klimmen toch best wel zwaar. Om de paar meter even rust, en zo er 24 en een halve omhoog. Helaas was het punt dat ik moest aantikken zo'n vijftig centimeter hoger. Al m'n kracht was weg, en er was geen plaats waar je fatsoenlijk even kon blijven staan om je op te laden. 10 minuten ben ik zo blijven staan, tot ik het opgaf en vroeg of ik niet naar beneden mocht. Dat mocht natuurlijk niet want ik was er bijna.
Ik heb nog van alles geprobeerd, maar ik was helemaal op ,en de net ingezette regenbui hielp ook niet echt. Ik was nog wel 20 centimeter omhoog gekropen, zodat ik zo dichtbij was dat het wel heel erg frustrerend was dat ik het net niet haalde. Maar uiteindelijk voelde het toch wel weer heel lekker om gewoon op de grond te staan.
De laatste dag hebben we nog twee duiken gemaakt voordat we naar het beruchte Phuket gingen...

Één nacht zijn we in Phuket geweest, en dat is lang genoeg om te zeggen dat alle verhalen die de ronde gaan helemaal waar zijn. Nadat we eerst even op en neer de hoofdstraat gelopen waren, zijn we ergens wat gaan drinken waar we goed zicht hadden op alles wat voorbij kwam lopen. Naast honderden toeristen waren dit ook vooral irritante verkopers met troep en de ladyboys. Laatstgenoemden waren hier wel makkelijk te spotten, ze waren namelijk gekleed als Braziliaanse dames die volop carnaval aan het vieren zijn. Reden hiervoor is dat ze ladyboy cabaret shows hebben, en daar probeerden ze mensen voor te strikken om te gaan kijken.
En onder het mom van, we zijn er toch en we krijgen een gratis drankje bij binnenkomst, zijn wij ook even gaan kijken.
Van tevoren werd er benadrukt dat het alleen kijken was, dit was natuurlijk vooral fijn voor de bezoekers. Natuurlijk was hier alles van gelogen, als single guy in een zaal vol stelletjes ben je snel de lul, en na de eerste dance acts (het was niet echt cabaret, maar wel grappig omdat het zo fout was) werd m'n hoofd al gedwongen tot een motorboat tussen twee nepborsten. In het begin was het wel lollig, maar nadat ik ook nog een lapdance kreeg en regelmatig werd betast ging het plezier er wel een beetje af. Misschien de volgende keer dan ook maar niet naast het gangpad gaan zitten.
Tijdens het bezoek aan het Khao Sok national park kwam er toch een droom van me uit door een rit op een olifant te maken. Een uur lang hebben we in het woud langs een rivier en kleine watervalletjes gelopen, en ondanks de regen en de muggen viel het zeer zeker niet tegen. Het is al speciaal om zo'n beest überhaupt een keer te zien, maar achterop z'n nek zitten heeft toch echt wel iets unieks. De voorzichtigheid waarmee ze elke stap zetten verbaasde me een beetje, ook zijn ze nogal eigenwijs en doen ze graag waar ze zin in hebben, wat af en toe wel hilarische momenten oplevert. We zijn hier ook nog in een zwembandje een rivier afgegaan, een heel erg leuke ervaring die ik zeker iedereen kan aanraden. Een beetje stuur kwaliteit kan hier overigens geen kwaad! Je hangt namelijk zo in een overhangende boom of raakt in een stroomversnelling waar je moeilijk uit komt.

Het beroemde Koh Phangang heb ik ook nog geëerd door een bezoek. De plaats waar de full moon party zijn oorsprong vond was helaas nogal rustig. Ik was zelfs de enige persoon in mijn hostel. Er was dan ook geen volle maan in de tijd dat ik er was, wel heb ik een paar dagen prima gerelaxt aan het strand. 's Avonds ook meer dan één bucket naar binnen gewerkt, terwijl ik genoot van een vuurdans of ander entertainment tot de zon weer opkwam, en het toch weer tijd was om naar bed te gaan.

Bangkok, de hoofdstad van Thailand heb ik niet helemaal ontdekt. Zo aan het einde van de reis wordt je een beetje reis moe en heb je af en toe geen zin meer om naar elke tempel te gaan kijken die een stad te bieden heeft. En in Bangkok eindig je dan al snel op Khao San Road, een plaats vol barretjes, restaurantjes, massage salons en winkeltjes met weer die irritante verkopers(dat is dan het nadeel van een toeristisch land).
Na een paar dagen ginnegappen en met tuctucs rond crossen(het is echt een wonder dat er niet elk moment van de dag op elke kruising drie ongelukken tegelijk gebeuren) ben ik toch maar even naar het Grand Palace geweest. Zoals een Thaise meneer het heel mooi zei, ga je naar Rome, dan wil je het Collosseum zien, ga je naar Egypte dan neem je een kijkje bij de piramides. In Bangkok moet je naar het Grand Palace. En ik moet zeggen, ik heb geen spijt dat ik daar een middagje rond gedarteld heb. Rond het paleis heb je een dorp vol tempels, beelden en andere werken in de oud Thaise stijl. Dus veel goud, veel torens en een hele hoop boos kijkende beeltenissen. Verplichte cultuur voor iedereen die daar in de buurt is.

Om de laatste paar dagen een beetje rustig door te komen zonder zelf naar accommodatie en vermaak te zoeken, heb ik een tweetal tourtjes geboekt. Één daarvan ging naar Kanchanaburi, waar de beruchte brug over de Kwai rivier ook is. Met een beetje kennis over de tweede wereld oorlog (of wanneer je de film hebt gezien) weet je dat de brug, samen met de spoorweg die erbij hoort door duizenden krijgs- en gewone gevangenen van de Japanners gebouwd werd. En als je de naam Death Railway hoort weet je dat het geen gezellige boel is geweest.
Na een ritje met de trein over deze rails, nog een olifanten trek en bamboo geraft te hebben, bezochten we het Erawan National Park.
Erawan klinkt als een plaats uit The Lord of the Rings, en stiekem was het daar toch ook wel echt mooi. Er was een majestueuze waterval met zeven verschillende plateaus, en bij elke kreeg je wel zin om lekker dat water in te duiken en een half uur te gaan chillen. En het mooie was, ik kreeg er nog een gratis behandeling bij ook. Er zaten vissen in het water die de dode huidcellen tussen m'n tenen aan het weg eten waren. In Nederland betaal je daar best wel wat centen voor.
In Kanchanaburi is er ook een tijgerpark waar monniken deze groot uitgevallen katjes verzorgen en met de toeristen op de foto te laten gaan. Daar wilde ik natuurlijk ook heen. Heel spannend was het uiteindelijk niet, bijna al die beesten lagen te pitten. Maar je moest ze wel met stevige hand aaien, goed achter ze blijven, geen petten dragen en niks om je nek hebben hangen. Anders zouden ze toch wel eens goed kunnen uitvallen.
Nadat we nog een klein showtje met wat tijgers zagen was het weer tijd om terug naar de bus te gaan, want deze zou me naar Ayutthaya brengen, en gaat maar één keer per dag.
Omdat het gedeelte waar we eerder doorheen kwamen nu afgesloten was(er liepen vrij tijgers rond), moesten we helemaal omlopen, en daar hadden we geen tijd voor. We hadden allemaal een map gekregen, en daarop zagen we dat er ook afgesneden kon worden, prima! Na 20 minuten lopen bleek dat je toch niet zo goed op de kaartjes kon vertrouwen daar. Weliswaar stonden we voor de uitgang, maar er stond een gigantische muur tussenin die aan allebei de kanten toch wel een flink eind door liep. Er overheen was ook geen optie, naast dat de muur bijna 3 meter hoog was, lag er ook flink wat gebroken glas op. Dus, terug. We hadden al door dat we onze bus niet meer gingen halen, en er werden al een paar mensen flink chagrijnig Natuurlijk begon het dan ook te regenen, net als in die slechte films die je wel eens ziet. En het was nog een flinke plensbui ook.
In Thailand was het regenseizoen al aangebroken, en dan komen er af en toe enorme bakken water uit de lucht vallen. Binnen vijf minuten was ik en alles wat ik bij had zeiknat. Natuurlijk was dit net ook die ene keer dat ik m'n regenpak niet bij had... fijn.
Uiteindelijk kwam het er op neer dat ik in de trein zat van Bangkok naar Ayutthaya met een zwembroek aan(ik was die dag naar Erawan geweest), een veel te groot wit shirt ( Een wat forse Maleisische man was zo'n aardig een droog shirt aan te bieden), flinke modderpoten en een zeven dagen baard op m'n kin. Dit was toch niet m´n allerbeste moment moet ik toegeven.

(Het past er niet helemaal op, dus lees hier verder: http://michelhoogenboom.waarbenjij.nu/index.php?page=message&id=3667884)

  • 05 November 2010 - 21:05

    Oma Hoogenboom:

    we hebben weer echt genoten van je laatste verslag. je bent nu weer een paar maanden thuis en je hebt veel leuke dingen gedaan en gezien waar je op terug kunt kijken en misschien voor een volgende keer en ik denk dat dat er over een paar jaar wel in zit en nog proficiat met je nieuwe baan. groetjes uit Belgie

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Nederland, Nieuw-Vossemeer

Oceanië & Azië

Recente Reisverslagen:

05 November 2010

Year of the Tiger 2

05 November 2010

Year of the Tiger

23 Juli 2010

Cultuurshock in Azië

22 Juni 2010

Stop, Fiji Time!

23 Mei 2010

Up the east coast
Michel

Actief sinds 23 Feb. 2010
Verslag gelezen: 219
Totaal aantal bezoekers 21304

Voorgaande reizen:

04 September 2017 - 24 Oktober 2017

China

25 Februari 2010 - 26 Augustus 2010

Oceanië & Azië

Landen bezocht: